Paragraaf 7Extra opdrachten
Opdracht 1
a. Lees de volgende tekst:
‘Ondernemen doe je zo!'
Een vak leren waarbij je met je handen moet werken en tegelijk je eigen bedrijf hebben: dat is populair onder jongeren. Als zelfstandig ondernemer kun je eigen ideeën verwezenlijken, je bent eigen baas. Wat veel jongeren niet weten is dat ondernemen in de praktijk soms betekent dat je je vrije tijd moet opgeven om de zaak draaiende te houden, dat startende ondernemers vaak minder verdienen dan het minimumloon en dat je gebonden bent aan allerlei regels. Behalve leuk en uitdagend is het runnen van een eigen zaak ook een grote verantwoordelijkheid.
Het Amsterdamse project ‘Ondernemen doe je zo!’ laat vmbo-leerlingen kennismaken met allerlei aspecten van het ondernemerschap: administratie, regelgeving, werktijden, klantencontacten et cetera. Doel van dit project is dat jongeren een beter beeld krijgen van de dagelijkse, vaak harde maar ook leuke praktijk van het ondernemen.
Gedurende acht workshops maken de jongeren kennis met theorie en praktijk. Ze krijgen workshops in de klas, bezoeken een onderneming in de buurt, en maken een bedrijfsanalyse. De leerlingen presenteren hun bevindingen tijdens een feestelijke slotbijeenkomst. Coaches uit het bedrijfsleven en van de gemeente begeleiden de leerlingen tijdens het project.
b. Zou jij later zelfstandig ondernemer willen worden en wat voor bedrijf zou dat zijn: bakker, zilversmid, elektricien, architect of denk je aan een boetiek of iets met muziek etc.?
c. Als je succes hebt met je eigen bedrijf: zou je daarmee dan ook gelukkig worden denk je? Wat zou kunnen bijdragen aan je geluk?
En wat aan je ongeluk?
d. Keuzeopdracht: zoek eens op internet op ‘jonge ondernemers’. Er zitten ook ondernemers van 13 en 14 jaar bij! Maak een kort verslag van hun ervaringen. Let op het onderwerp van dit hoofdstuk: geluk!
Toelichting
Voor alle duidelijkheid: een eigen zaak is maar één voorbeeld van jezelf ontplooien. Een studie doen in een vakgebied waar je hart echt ligt is ook een mogelijkheid, je inzetten voor een goed doel, goed leren gitaar spelen etc.: jezelf ontplooien kan in heel veel zitten.
Opdracht 2
Geld en (on)geluk is ontelbare keren onderwerp in boeken, films en roddelbladen! Zoek een voorbeeld. Geef in een kort verslag aan of het geld zelf wel of niet de oorzaak is van het (on)geluk.
Epicurus: een les in genieten
De consumptiemaatschappij
Consumeren is in onze samenleving heel belangrijk, zelfs zo belangrijk dat we spreken van een consumptiemaatschappij. Daarmee bedoelen we onder meer dat mensen niet alleen dingen kopen voor hun eerste levensbehoeften maar dat men ook producten koopt voor luxe, voor status en om extra te genieten.
Onze (consumptie)maatschappij wordt ook vaak ‘hedonistisch’ genoemd. Het woord ‘hedonisme’ komt van het Griekse hèdonè dat ‘genot’ betekent. Feitelijk bedoelt men dat in onze samenleving zintuiglijk genieten centraal staat: eten, drinken, luxe kleding maar ook seks en drugs. Daarmee worden we herinnerd aan het onderscheid tussen genot en geluk (vergelijk par. 2).
Maakt de consumptiemaatschappij ons gelukkig? Volgens sommigen niet. Zij stellen dat wij door alsmaar te consumeren niet meer weten wat echt genieten is. Onze genotscultuur is vergeten dat er hogere vormen van geluk zijn.
Maar er is nog meer kritiek op de hedonistische samenleving: mensen zouden egoïsten zijn geworden die alleen met hun eigen genot bezig zijn en geen serieuze aandacht meer hebben voor anderen of voor hogere waarden.
Ook wordt vaak gezegd dat de consumptiemaatschappij ten koste gaat van natuur en milieu.
Opdracht 3
a. Wat betekent het woord ‘hedonistisch’?
b. Noem drie punten van kritiek op de ‘hedonistische samenleving’.
1.
2.
3.
c. In hoeverre ben je het eens met deze punten van kritiek?
1.
2.
3.
Wat je ook vindt van de kritiek op onze ‘genotscultuur’: genot als doel van het leven heeft diepe wortels in de Europese geschiedenis. We gaan daarom terug naar het Griekenland van de filosoof Epicurus (341-270 v.Chr.). Wat bedoelde hij precies toen hij stelde dat genieten het belangrijkste doel in het leven is?
Epicurus: genieten en consumeren
Epicurus heeft eens gezegd dat als je ook maar een beetje wijs bent, dan kies ‘je niet altijd voor dat voedsel dat in de grootste hoeveelheid aanwezig is maar voor dat wat het lekkerst is.’ Dus: niet veel eten maar goed eten, beter een beetje minder maar wel lekker.
Maar ook van het allereenvoudigste voedsel kun je genieten. Letterlijk zei Epicurus hierover: ‘Water en brood geven het hoogste genot, als men honger en dorst heeft. Als je jezelf went aan eenvoudige maaltijden, is dat goed voor je gezondheid. Ook hoef je dan niet zo bang te zijn voor als het eens wat minder gaat in je leven. Eenvoudig voedsel maakt je sterker.’
Het allerbelangrijkste is volgens Epicurus dat je levensgeluk niet afhangt van consumeren. Genieten is ‘de afwezigheid van pijn in ons lichaam en van onrust in ons binnenste. (...) Het is belangrijk dat je niet afhankelijk bent van uiterlijke zaken. Niet dat je altijd met weinig tevreden hoeft te zijn maar dat je ook tevreden kunt zijn als je weinig hebt.’
Opdracht 4
Stel je voor dat Epicurus morgen terugkeert op aarde en een kijkje zou nemen in onze samenleving. Zou hij vinden dat mensen tegenwoordig echte genieters zijn of niet? Geef argumenten.
Epicurus: genieten en wijsheid
Volgens Epicurus zoeken mensen van nature genot. Maar dat betekent niet dat je daarom alle pijn en onaangename ervaringen uit de weg moet gaan, tenminste als je een beetje wijs bent. Volgens Epicurus laten wijze mensen ‘soms een heleboel fijne dingen voor wat ze zijn’ om daardoor juist op lange termijn meer te genieten. ‘En we vinden soms dat pijn beter voor ons is dan genieten, bijvoorbeeld als we heel veel en intens kunnen genieten nadat we even pijn hebben geleden.’
Opdracht 5
a. Volgens Epicurus is het soms wijs genot-op-korte-termijn te mijden om op lange termijn meer te genieten. Geef hiervan een voorbeeld.
b. Soms accepteren mensen pijn of andere vervelende ervaringen om daarna langer en intenser te kunnen genieten. Geef ook daarvan een voorbeeld.
Epicurus: genieten en de dood
Hoe kun je nog genieten bij het vooruitzicht dat je vroeg of laat doodgaat? Maakt angst voor de dood niet ongelukkig? Ook daar heeft Epicurus over nagedacht: iemand die zegt dat hij bang is voor de dood, is een dwaas, want eenmaal dood ben je er niet meer, en heb je dus ook geen narigheid. ‘De dood is een onderwerp dat ons helemaal niet aangaat want zolang wij er zijn, is de dood er niet, en als de dood er eenmaal is, zijn wij er niet meer. (...) Degene die wijs is, heeft in de gaten dat je geen hekel hoeft te hebben aan het leven, maar dat het evenmin een ramp is om niet te leven.’
Opdracht 6
Reageer op de uitspraak van Epicurus dat je jezelf niet druk moet maken om de dood ‘want zolang wij er zijn, is de dood er niet, en als de dood er eenmaal is, zijn wij er niet meer.’